Adequate mobiliteit van het heupgewricht is één van de vele prestatie bepalende factoren en onderdeel voor het uitvoeren van o.a. ‘functionele’ taken en bewegingen inclusief maar niet alleen gelimiteerd tot bijvoorbeeld de ‘squat’.
•
Rondom het gewricht bevinden zich allerlei spieren, pezen, gewrichtsbanden en slijmbeurzen. De spieren zorgen voor de bewegingen en dragen bij aan de stabiliteit van het gewricht. De belangrijkste spiergroepen zijn:
[ ] Extensoren = bovenbeenstrekkers; voornamelijk de ‘gluteus maximus (de grote bilspier)
[ ] Abductoren = stabiliseren het bekken en maakt het mogelijk het been naar buiten te zwaaien; voornamelijk de ‘gluteus medius (middelste bilspier)
[ ] Exorotatoren = draaien van het bovenbeen naar buiten; voornamelijk het piriformis en obturatoriusspieren
•
Het heupgewricht is een ‘ball-in-socket’ gewricht ‘kogelgewricht’ en vormt de verbinding tussen het bekken en de dij/bovenbeen ‘femur’ en bestaat uit de kop van het dijbeen en de heupkom ‘acetabulum’ en is onderdeel van het bekken. De ‘femur’ kent vele individuele verschillen zoals o.a. het verschil in lengte, diepte, hoek en mate van rotatie/torsie ‘femural anteversion/retroversion’ van verbinding met de heupkom ‘hip-socket’
•
🦆 Excessieve ‘femural anteversion’ veroorzaakt x-benen waar ‘femural retroversion’ duck-feet veroorzaakt.
•
Iedereen beweegt anders, de diepte en de hoek van de heupkom zijn bepalend voor het bewegingsbereik ‘range of motion’. Vanwege deze individuele verschillen van lichaams maten ‘antropometrie’ ziet bijv. de ‘squat’ er per individu anders uit in o.a. de diepte,- hoek en voetpositie. Ook zijn er individuele verschillen tussen de rechter en de linkerzijde mogelijk.
•
Mobiliteit oefeningen kunnen helpen het bewegingsbereik te vergroten, maar veel hangt ook af van jouw lichaamsbouw.
Het hebben van adequate mobiliteit en flexibiliteit is goed, nog beter is volledige controle over jouw mobiliteit binnenin de grootst mogelijke ‘range of motion’.
•
Actieve mobiliteitsoefeningen zoals in de bovenstaande ‘video-tutorials’ helpen hierbij, het advies is 2 à 3 sets per oefening en 3 keer per week.